From 1 - 10 / 69
  • Vlaanderen is opgebouwd uit een afwisseling van watervoerende lagen (zand, grind, krijt, vast gesteente, ...) en regionaal voorkomende niet-watervoerende lagen (bijvoorbeeld klei). De opeenvolging van deze aquifers en aquitards heeft in Vlaanderen een eigen codering: de Hydrogeologische Codering van de Ondergrond van Vlaanderen (HCOV-codering). De HCOV-codering is opgebouwd uit hydrogeologische hoofd-, sub- en basiseenheden. De hoofdeenheid groepeert een opeenvolging van geologische lagen die globaal dezelfde hydrogeologische eigenschappen hebben en zo één geheel vormen. HCOV_0200 (Kempens Aquifersysteem) wordt gevormd door alle Tertiaire en Quartaire afzettingen boven de Boomse kleilaag. Geografisch komen deze lagenhoofdzakelijk voor in het bekken van de Kempen. Het betreft hier de zone ten noordoosten van de dagzoming van de Formatie van Boom. Deze hydrogeologische zone bestaat hoofdzakelijk uit een opeenvolging van diverse Tertiaire en Quartaire zanden, afgewisseld met al dan niet belangrijke lokale kleilagen. De dataset "HCOV_0240, dikte van Pliocene kleiige laag" geeft in een raster per rastercel de dikte weer van deze hydrogeologische laag. De sub-eenheid "HCOV_0240 Pliocene kleiige laag" wordt gevormd door de kleiige delen van de Formaties van Lillo en Kattendijk en de overgang tussen de Formaties van Kasterlee en Diest. Het betreft hier de geografisch heterogene semi-afsluitende laag aan de top van de Formatie van Diest.

  • Vlaanderen is opgebouwd uit een afwisseling van watervoerende lagen (zand, grind, krijt, vast gesteente, ...) en regionaal voorkomende niet-watervoerende lagen (bijvoorbeeld klei). De opeenvolging van deze aquifers en aquitards heeft in Vlaanderen een eigen codering: de Hydrogeologische Codering van de Ondergrond van Vlaanderen (HCOV-codering). De HCOV-codering is opgebouwd uit hydrogeologische hoofd-, sub- en basiseenheden. De hoofdeenheid groepeert een opeenvolging van geologische lagen die globaal dezelfde hydrogeologische eigenschappen hebben en zo één geheel vormen. Deze hydrogeologische hoofdeenheid wordt gevormd door de kleilagen behorende tot de Ieper Groep, meer in het bijzonder de Formatie van Gent.

  • Vlaanderen is opgebouwd uit een afwisseling van watervoerende lagen (zand, grind, krijt, vast gesteente, ...) en regionaal voorkomende niet-watervoerende lagen (bijvoorbeeld klei). De opeenvolging van deze aquifers en aquitards heeft in Vlaanderen een eigen codering: de Hydrogeologische Codering van de Ondergrond van Vlaanderen (HCOV-codering). De HCOV-codering is opgebouwd uit hydrogeologische hoofd-, sub- en basiseenheden. De hoofdeenheid groepeert een opeenvolging van geologische lagen die globaal dezelfde hydrogeologische eigenschappen hebben en zo één geheel vormen. HCOV_1000 (Paleoceen Aquifersysteem) wordt voornamelijk gevormd door de verschillende opeenvolgende watervoerende lagen behorende tot de Landen Groep (Formaties van Tienen en Hannut) en de Formaties van Heers en Opglabbeek. Het betreft hier een sterk heterogeen samengesteld watervoerend pakket, waarin verschillende minder doorlatende kleiige lagen aanwezig zijn. De dataset “HCOV_1000, dikte van het Paleoceen Aquifersysteem” geeft in een raster per rastercel de dikte weer van deze hydrogeologische laag.

  • Vlaanderen is opgebouwd uit een afwisseling van watervoerende lagen (zand, grind, krijt, vast gesteente, ...) en regionaal voorkomende niet-watervoerende lagen (bijvoorbeeld klei). De opeenvolging van deze aquifers en aquitards heeft in Vlaanderen een eigen codering: de Hydrogeologische Codering van de Ondergrond van Vlaanderen (HCOV-codering). De HCOV-codering is opgebouwd uit hydrogeologische hoofd-, sub- en basiseenheden. De hoofdeenheid groepeert een opeenvolging van geologische lagen die globaal dezelfde hydrogeologische eigenschappen hebben en zo één geheel vormen. HCOV_0200 (Kempens Aquifersysteem) wordt gevormd door alle Tertiaire en Quartaire afzettingen boven de Boomse kleilaag. Geografisch komen deze lagenhoofdzakelijk voor in het bekken van de Kempen. Het betreft hier de zone ten noordoosten van de dagzoming van de Formatie van Boom. Deze hydrogeologische zone bestaat hoofdzakelijk uit een opeenvolging van diverse Tertiaire en Quartaire zanden, afgewisseld met al dan niet belangrijke lokale kleilagen. De dataset "HCOV_0240, basis van de Pliocene kleiige laag" geeft in een raster per rastercel de hoogtewaarde (in m TAW) weer van de ondergrens van deze hydrogeologische laag. De sub-eenheid "HCOV_0240 Pliocene kleiige laag" wordt gevormd door de kleiige delen van de Formaties van Lillo en Kattendijk en de overgang tussen de Formaties van Kasterlee en Diest. Het betreft hier de geografisch heterogene semi-afsluitende laag aan de top van de Formatie van Diest.

  • Vlaanderen is opgebouwd uit een afwisseling van watervoerende lagen (zand, grind, krijt, vast gesteente, ...) en regionaal voorkomende niet-watervoerende lagen (bijvoorbeeld klei). De opeenvolging van deze aquifers en aquitards heeft in Vlaanderen een eigen codering: de Hydrogeologische Codering van de Ondergrond van Vlaanderen (HCOV-codering). De HCOV-codering is opgebouwd uit hydrogeologische hoofd-, sub- en basiseenheden. De hoofdeenheid groepeert een opeenvolging van geologische lagen die globaal dezelfde hydrogeologische eigenschappen hebben en zo één geheel vormen. HCOV_0900 (Ieperiaan Aquitardsysteem) wordt gevormd door het belangrijkste deel van de Ieper Groep. Het betreft hier de beter bekende Ieperse klei. Het bevat het Silt van Kortemark, behorend tot de Formatie van Tielt, en de verschillende kleilagen van de Formatie van Kortrijk. Globaal vormt het Ieperiaan Aquitardsysteem een sterk ondoorlatende laag. De dataset “HCOV_0900, basis van het Ieperiaan Aquitardsysteem” geeft in een raster per rastercel de hoogtewaarde (in m TAW) weer van de ondergrens van deze hydrogeologische laag.

  • Vlaanderen is opgebouwd uit een afwisseling van watervoerende lagen (zand, grind, krijt, vast gesteente, ...) en regionaal voorkomende niet-watervoerende lagen (bijvoorbeeld klei). De opeenvolging van deze aquifers en aquitards heeft in Vlaanderen een eigen codering: de Hydrogeologische Codering van de Ondergrond van Vlaanderen (HCOV-codering). De HCOV-codering is opgebouwd uit hydrogeologische hoofd-, sub- en basiseenheden. De hoofdeenheid groepeert een opeenvolging van geologische lagen die globaal dezelfde hydrogeologische eigenschappen hebben en zo één geheel vormen. Deze hydrogeologische hoofdeenheid omvat de Formatie van Houthem, de krijtformaties van Maastricht, Gulpen, Vaals en Aken, de Turoonmergels op het Massief van Brabant en de geologische lagen van het Wealdiaan.

  • Vlaanderen is opgebouwd uit een afwisseling van watervoerende lagen (zand, grind, krijt, vast gesteente, ...) en regionaal voorkomende niet-watervoerende lagen (bijvoorbeeld klei). De opeenvolging van deze aquifers en aquitards heeft in Vlaanderen een eigen codering: de Hydrogeologische Codering van de Ondergrond van Vlaanderen (HCOV-codering). De HCOV-codering is opgebouwd uit hydrogeologische hoofd-, sub- en basiseenheden. De hoofdeenheid groepeert een opeenvolging van geologische lagen die globaal dezelfde hydrogeologische eigenschappen hebben en zo één geheel vormen. HCOV_0800 (Ieperiaan Aquifer) is eerder beperkt in omvang en bevat de zanden behorende tot de Formatie van Tielt. De Ieperiaan Aquifer wordt als hoofdeenheid beschouwd daar die van groot hydrogeologisch belang is in sommige delen van West- en Oost-Vlaanderen, maar wordt niet verder opgesplitst. Deze hydrogeologische hoofdeenheid wordt gevormd door het Zand van Egem en het Zand van Mont-Panisel, beide behorend tot het Lid van Egem. De dataset “HCOV_0800, basis van de Ieperiaan Aquifer” geeft in een raster per rastercel de hoogtewaarde (in m TAW) weer van de ondergrens van deze hydrogeologische laag.

  • De heffing moet grondwaterverbruikers aanzetten tot een spaarzaam gebruik van grondwater. Ook wil ze het gebruik van meer duurzame alternatieven, zoals het gebruik van regenwater, stimuleren. De ontvangen heffingsbedragen worden integraal doorgestort naar het MINA-fonds. Het heffingenbeleid is gebaseerd op het principe van de laag- en de gebiedsfactor. In de heffingsformule zijn deze factoren ingebouwd. De laagfactor heeft betrekking op een hydrogeologische hoofdeenheid (HCOV-code) en wordt gebruikt voor lagen die in hun geheel een verscherpt heffingenbeleid vereisen. Met de gebiedsfactor kan een laag lokaal een differentiatie in de heffing aangebracht worden.

  • Vlaanderen is opgebouwd uit een afwisseling van watervoerende lagen (zand, grind, krijt, vast gesteente, ...) en regionaal voorkomende niet-watervoerende lagen (bijvoorbeeld klei). De opeenvolging van deze aquifers en aquitards heeft in Vlaanderen een eigen codering: de Hydrogeologische Codering van de Ondergrond van Vlaanderen (HCOV-codering). De HCOV-codering is opgebouwd uit hydrogeologische hoofd-, sub- en basiseenheden. De hoofdeenheid groepeert een opeenvolging van geologische lagen die globaal dezelfde hydrogeologische eigenschappen hebben en zo één geheel vormen. De hydrogeologische hoofdeenheid Kempens Aquifersysteem wordt gevormd door alle Tertiaire en Quartaire afzettingen boven de Boomse kleilaag. Geografisch komen deze lagen hoofdzakelijk voor in het bekken van de Kempen. Het betreft hier de zone ten noordoosten van de dagzoming van de Formatie van Boom. Deze hydrogeologische zone bestaat hoofdzakelijk uit een opeenvolging van diverse Tertiaire en Quartaire zanden, afgewisseld met al dan niet belangrijke lokale kleilagen.

  • De heffing moet grondwaterverbruikers aanzetten tot een spaarzaam gebruik van grondwater. Ook wil ze het gebruik van meer duurzame alternatieven, zoals het gebruik van regenwater, stimuleren. De ontvangen heffingsbedragen worden integraal doorgestort naar het MINA-fonds. Het heffingenbeleid is gebaseerd op het principe van de laag- en de gebiedsfactor. In de heffingsformule zijn deze factoren ingebouwd. De laagfactor heeft betrekking op een hydrogeologische hoofdeenheid (HCOV-code) en wordt gebruikt voor lagen die in hun geheel een verscherpt heffingenbeleid vereisen. Met de gebiedsfactor kan een laag lokaal een differentiatie in de heffing aangebracht worden.