Virtuele boring
Aan de slag met de virtuele boring
De Virtuele Boring geeft je met één muisklik de bodemopbouw en de geologische lagenopbouw van de Vlaamse ondergrond, tot wel 5km diep. De oudste gemodelleerde laag is wel 400 miljoen jaar oud! Je krijgt ook de hydrogeologische opbouw, die je vertelt waar de watervoerende lagen in de ondergrond zitten. Basisinstrumenten voor de informatie uit de Virtuele Boring zijn het Geologisch 3D Model van Vlaanderen, de hydrogeologische 3D modellering en de Digitale bodemkaart van het Vlaams Gewest. De topografie steunt op het Digitaal Hoogtemodel Vlaanderen II van Agentschap Informatie Vlaanderen.
Geologische gegevens
Voor de geologische eenheden in de Virtuele Boring kan gekozen worden uit de eenheden gemodelleerd in het G3Dv2 model (2013) (formaties) of het G3Dv3 model (2019) (formaties en leden).
In de virtuele boring kan gekozen worden voor een opdeling van de tijd in geologische periodes of geologische tijdvakken indien meer detail gewenst is. De benaderende ouderdom van de geologische lagen is gebaseerd op de recentste wetenschappelijke inzichten en de informatie beschikbaar op de website van de Nationale Commissie voor Stratigrafie. De absolute ouderdom gekoppeld aan de periodes en tijdvakken is gebaseerd op de internationale chronostratigrafische tabel.
De voornaamste lithologie waaruit de geologische pakketten zijn opgebouwd, werd afgeleid van informatie op de website van de Nationale Commissie voor Stratigrafie. Deze hoofdlithologie is kenmerkend voor het gehele pakket, maar kan lokaal afwijken.
Hydrogeologische gegevens
De hydrogeologische eenheden in de Virtuele Boring zijn de basiseenheden van de HCOV-kartering. Deze worden gekoppeld met hydraulische parameters.
Die hydraulische parameters bij de hydrogeologische eenheden werden overgenomen uit het rapport 'Lebbe, L. en A. Vandenbohede (2004). Ontwikkeling van een lokaal axi-symmetrisch model op basis van de HCOV kartering ter ondersteuning van de adviesverlening voor grondwaterwinningen; Onderzoeksopdracht voor het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, AMINAL, afdeling Operationeel Waterbeheer.'
De hydraulische parameters voor de verschillende HCOV-eenheden werden
- afgeleid uit de hydrogeologische literatuur
- overgenomen uit rapporten van (lokale) pompproeven
- ingeschat op basis van lithostratigrafische beschrijvingen van de betreffende HCOV-éénheid,
- of berekend op basis van empirische formules.
De vermelde waarden van de hydraulische parameters hebben dan ook niet als doel als doel om op de gekozen locatie de exacte waarde van de hydraulische parameters te geven, maar wel om een idee te geven van de mogelijke grootte-orde van deze parameters per HCOV-eenheid.
De vooropgestelde waarden voor de verschillende HCOV-eenheden zijn mogelijk niet representatief voor het inschatten van de waarden op de gekozen locatie. Bovendien zijn ze mogelijk ook niet representatief voor globale regionale parameterwaarden. Verder is het mogelijk dat binnen één HCOV-eenheid trends in de parameterwaarden aanwezig zijn, of dat een relatief belangrijke horizontale of verticale heterogeniteit aanwezig is die onmogelijk door één set waarden per HCOV-eenheid kan worden voorgesteld.
Delfstoffen
Om tegemoet te komen aan de delfstoffentoets i.k.v. grondverzet (https://dov.vlaanderen.be/page/delfstoffentoets-grondverzet) wordt binnen de Virtuele Boring ook een model 'Primaire delfstoffen' aangeboden. Dit is een vertaling van de geologische éénheden in het G3Dv3 model naar primaire oppervlaktedelfstoffen.
Bodemgegevens
Op basis van de resultaten van een intensieve bodemkartering gedurende de jaren '50 tot '70 werd de Belgische bodemkaart opgesteld. Bij de bodemkartering werd het bodemprofiel bestudeerd tot op 1,25 m diepte.
De Belgische bodemkaart steunt op het Belgische bodemclassificatiesysteem. Het is een nationaal systeem dat uitsluitend voor de Belgische bodems werd opgesteld. De basiseenheid is het bodemtype dat opgebouwd wordt uit verschillende onderdelen zoals een substraat, textuurklasse, drainageklasse, profielontwikkelingsgroep, fasen en varianten. Dit morfogenetisch classificatiesysteem kon niet toegepast worden in de kuststreek, aangezien de bodems in deze streek geen profielontwikkeling vertonen. Daardoor heeft de kuststreek een ander classificatiesysteem. Achteraf werd voor de meeste Vlaamse bodemtypes een foto en een beschrijving van een representatief bodemprofiel aan de bodemtypes van de bodemkaart gekoppeld.
Meer informatie: Eenduidige legende voor de bodemkaart van Vlaanderen.
Toepassing
De Virtuele Boring is het resultaat van interpolatie en interpretatie.
Het is noodzakelijk dat in functie van (hydro)geologisch en geotechnisch onderzoek niet zomaar gesteund wordt op de vermelde waarden en parameters, maar dat afhankelijk van de aard van de toepassing door experts bijkomend opzoek- of onderzoekswerk uitgevoerd wordt. De Virtuele Boring kan immers nooit een echte boring op het terrein vervangen, ze is wel een praktische tool bij het vooronderzoek ter voorbereiding van pompproeven, boringen, sonderingen, metingen en laboproeven. Onze variabele ondergrond dwingt immers perceelsgebonden onderzoek af. Erkende boorbedrijven leveren op hun beurt de terreininfo aan aan DOV. Op die manier kunnen we op termijn betere 3D-modellen maken, hetgeen ten goede komt van de Virtuele Boring.
Toepassingen in onze ondergrond verruimen onze kennis en inzicht, hetgeen op zijn beurt (innovatieve) toepassingen zal stimuleren. Nuttige toepassingen zijn onderzoek naar delfstoffen, gebruik van ondergrondse ruimte, stabiliteitsonderzoek, diepe of minder diepe geothermie of aardwarmte, drinkwaterwinning… en verkennend onderzoek voor innovatieve toepassingen in het algemeen. Allemaal toepassingen waarvoor er geboord wordt in onze Vlaamse ondergrond.
Een geologisch model is de facto een versimpelde voorstelling van de geologische realiteit. De basisgegevens voor het model (boringen, seismische data, beschrijvingen, interpretaties en kaarten) werden voor verschillende doeleinden verzameld, over tientallen jaren en zijn beschreven en geïnterpreteerd door verschillende experten. Nuttige data werden geselecteerd en geïnterpreteerd om op die manier een consistente basis voor elke eenheid te kunnen creëren, gebruik makend van geschikte geologische concepten.
De mate van nauwkeurigheid en betrouwbaarheid is verschillend voor elke laag van het model en zelfs voor elke rastercel van een gemodelleerde laag. Verscheidene zaken spelen een rol wanneer de nauwkeurigheid van een model moet ingeschat worden. De voornaamste zijn: de juistheid van een geologische interpretatie van een boring, de geografische nauwkeurigheid van de ligging van de informatiepunten, de afstand tot de dichtste boring met interpretatie van de hoogte van een bepaalde basis, nauwkeurigheid van de gebruikte seismische gegevens en interpretaties, de datadensiteit, de modelleertechniek en de gebruikte softwarepakketten, input data en kaarten, de helling van de topografie en de eenheden zelf en de expertise van het modelleerteam.
Bij de aanmaak van nieuwe geologische kaarten en modellen wordt er steeds naar gestreefd om een betere weergave van de realiteit te creëren. Het is echter niet zo dat op elke locatie een nieuwer model correcter zal zijn dan een voorgaand model. Zo is de Tertiair Geologische Kaart ook nog steeds een waardevol document dat in sommige gebieden afwijkende, maar niet noodzakelijk slechtere, informatie kan geven dan de recente 3D-modellen.
Publieksprijs Geospatial Award 2018
Tijdens het BEGEO -congres op 24 april 2018 werden de Geospatial Awards 2018 uitgereikt. DOV won de publieksprijs voor de ontwikkeling van de Virtuele Boring. Meer info.